Ereplaatsen voor schaatsers De Vennen bij opening marathonseizoen
Met wedstrijden in Tilburg werd op zaterdag 21 oktober voor de schaatsers uit Zuid-Nederland het marathonseizoen geopend. De jeugdleden reden de eerste wedstrijden van de Tilburgse baancompetitie en streden om de eerste punten voor de Zuid-Nederlandse competitie. Met twee eerste en twee tweede plaatsen waren de schaatsers van De Vennen gelijk al succesvol. Ook op de langebaan behaalden leden van De Vennen mooie resultaten.

Teun van der Linden op kop, gevolgd door Thomas van Berkel (foto Jeroen Happel)
In de marathon over vijf ronden voor meisjes Pupillen-B werd Karlijn Schellekens knap eerste. Gijs van der Linden reeds als nieuwkomer in de wedstrijdploeg van De Vennen gelijk naar de tweede plaats in de wedstrijd over zes ronden voor jongens Pupillen-B. De jongens Pupillen-A moesten maar liefst negen ronden rijden. Hier werden Teun van der Linden en Thomas van Berkel respectievelijk eerste en tweede.
Later op de avond kwamen Jan op ’t Hoog en Henrie van der Linden in de categorie Masters-2 aan de start van de eerste wedstrijd om de Zuid-Nederlandse Marathoncompetitie. In de wedstrijd over 48 ronden behaalde Jan de zevende plaats en eindigde Henrie als dertiende.
Eerder in de herfstvakantie mochten Merel Bertens, Sanne van Duijnhoven en Martijn Weber op het heilige ijs van Thialf in Heerenveen deelnemen aan een langebaanwedstrijd voor leden van de baanselecties van het KNSB-Gewest Zuid. Nadat Merel, Sanne en Martijn respectievelijk 45.50, 44.61 en 43.99 op de 500 meter hadden gereden, verbeterden Sanne en Martijn hun persoonlijke record (PR) op de 1000 meter. Sanne was met 1:28.61 ruim twee seconden sneller dan haar oude record en Martijn verbeterde met 1:29.54 zijn beste tijd zelfs met meer dan drie seconden. Merel reed in een goede ingedeelde rit over 3000 meter naar een tijd van 4:48.96.
Als voorbereiding op het Nederlands Kampioenschap Afstanden nam Dai Dai Ntab op zaterdag 21 oktober in Heerenveen deel aan een wedstrijd over 500 meter. Met zijn supertijd van 34.66 was hij maar liefst 0.4 seconde sneller dan al zijn belangrijkste concurrenten voor het Nederlands Kampioenschap.